Fijn dat je er bent!
Wij maken op onze website gebruik van cookies. Geef per categorie jouw keuze voor het gebruik van cookies aan. Lees meer over de cookies in onze cookieverklaring. Wil je de beste website ervaring? Vink dan alle vinkjes aan.
Noodzakelijk
- Sessie cookies
- Inlog cookies
Statistieken
- Google Analytics
Functioneel
- Google Maps
- YouTube
- Social Media
Marketing
- Facebook

Wordt jouw baan in de toekomst vervangen door machines?

In meerdere boeken en films komt het fenomeen uitgebreid aan bod: robots die de wereld overnemen. Langzamerhand zien we dit gebeuren door middel van bijvoorbeeld automatische kassa’s bij supermarkten, robotstofzuigers in het huishouden en zelfs in het leger zijn er raketafweersystemen waar geen mens aan te pas komt. Het bewustzijn dat technologie ons zal overnemen in de toekomst wordt steeds sterker, maar op welke manier dat gaat gebeuren, is nog onduidelijk. Emma Birchall van het Future of Work Insitute besprak op de Europese GPTW-conferentie 2016 de trends die invloed hebben op onze toekomstige carrières.

Routine

De impact van technologie is onderschat en volgens Oxford University zal 47% van de huidige banen worden vervangen door technologie. Wanneer we dit horen, denken we vooral aan ongeschoold werk wat zal worden vervangen. Echter, niets is minder waar. Het zal vooral gaan om routinewerk wat vervangen wordt. Neem het voorbeeld van een juridisch medewerker die wetten opzoekt. Deze heeft een goede opleiding genoten om dit werk te kunnen doen. Echter, door het routinekarakter van deze baan zijn machines in staat om dit werk door middel van algoritmen over te nemen. Een belangrijk punt is dat het werk wat voor een mens moeilijk is, niet moeilijk hoeft te zijn voor machines en werk wat voor mensen makkelijk is, kan weer erg complex zijn voor een machine. Het opleidingsniveau is dus geen punt voor robotisering, maar hoe zorgen we er dan wel voor dat robots onze banen niet overnemen? Dit antwoord heeft alles te maken met de volgende trend.

Verandering is noodzakelijk

Doordat de technologie grote sprongen maakt, is de levensverwachting enorm aan het toenemen en deze zal in de toekomst zelfs meer dan 100 jaar zijn. Dit heeft grote gevolgen voor onze loopbaan en hoe deze ingericht zal moeten worden. Het individu en het bedrijfsleven waren lange tijd met elkaar verbonden in een model met de volgende drie fasen:

  1. 15-20 jaar: fulltime en parttime educatie
  2. 20-62 jaar: een carrière binnen drie bedrijven
  3. 62-70 jaar: pensioen

Door de toenemende levensverwachting, verandert dit carrièrebeeld drastisch en met een levensverwachting van over de 100 jaar zou dit betekenen dat wij 40 jaar werken en 40 jaar met pensioen zijn. Hoe gaan we dat pensioen dan in hemelsnaam financieren? Normaal was het zo dat 4% van het salaris gespaard werd voor het pensioen, maar personen die eind jaren ’90 geboren zijn, zullen door de toenemende levensverwachting 20% van het salaris moeten inleveren voor het pensioen. Dit is praktisch gezien onhaalbaar. Om die reden ontstaat er een shift in investeringen die de werknemer doet. Zoals deze lange tijd in materiële investeringen gedaan werden in de vorm van pensioen, spaarrekeningen en vastgoed, zal dit nu niet meer alleen de focus zijn. In plaats daarvan zullen immateriële investeringen steeds belangrijker worden, denk aan productiviteit, vitaliteit en transformatie rondom het individu, oftewel investeringen in de persoon zelf.

Het belang van menselijke capaciteiten

Ieder nadeel heeft z’n voordeel en ook in dit geval. Doordat werknemers zich persoonlijk meer zullen ontwikkelen heeft dit invloed op de exploratie en creativiteit van de medewerkers binnen de organisatie. Dit zorgt ervoor dat innovatie in toenemende mate zal floreren binnen organisaties en dit is daarbij precies de manier waarop voorkomen wordt dat robots onze taken overnemen. Unieke menselijke vaardigheden zijn noodzakelijk om te innoveren en dit kunnen machines niet voor ons doen.

Ook binnen de organisatie zal er een shift plaatsvinden in hoe werknemers met elkaar om zullen gaan. Bedrijven zullen zich op een andere manier moeten organiseren om om te gaan met de nieuwe levensverwachting en zullen dit ook moeten navigeren. Het familiegevoel zal centraal komen te staan en daarbij zal binnen de organisatie niet een come-and-go cultuur de dienst uitmaken, maar medewerkers zullen deel uitmaken van een groter geheel, een familie. Dit impliceert ook een toename in hulp binnen het persoonlijk leven van de werknemer. Hierbij kan worden gedacht aan het aanbieden van sportfaciliteiten en bijvoorbeeld ook het helpen bij boodschappen. Aandacht voor de persoon zelf zal steeds meer het uitgangspunt zijn en de organisatie zal moeten stimuleren dat werknemers beslissingen maken op basis van wat hun hart zegt. De organisatie zal het mogelijk maken dat het individu zich losmaakt van de kudde en zichzelf laat inspireren en een eigen framework bepaalt. Op deze manier kan innovatie worden bevorderd en kan de technologie niet tippen aan de mens.

Robots die de wereld overnemen, zo’n gek idee is het dus nog niet. Echter, zolang wij onze unieke menselijke capaciteiten niet alleen weten te benutten, maar ook optimaal weten in te zetten, zijn wij voorlopig onvervangbaar. De voorwaarde is wel dat de organisatie dit faciliteert. Lang gebruikte managementmodellen dienen compleet opnieuw uitgevonden te worden om dit mogelijk te maken. En daarvoor ligt het balletje nu bij de organisatie.

Interesse in dit onderwerp? Lees dan ook:

Wil je op de hoogte blijven van nieuwe publicaties, events en ander nieuws? Volg ons dan op LinkedIn en meld je aan voor de nieuwsbrief!



020 260 06 94
©2022 Great Place to Work® Institute Inc. All Rights Reserved.
made with by CIC